A l’aube revenant…
De onderdompeling in de Franse cultuur is elke dag opnieuw een ontdekking. Bijvoorbeeld de vriendelijkheid die hier blijkbaar eigen is aan de mensen. Een soort van ontspannen manier van in het leven staan die vanzelfsprekend is: ‘à l’aise’. Maak je toch niet druk. Dat is wat de atmosfeer hier uitademt. Jammer genoeg geldt dat ook voor de administratie. Al meer dan een jaar trachten we onze kinderbijslag hier op te starten. Het CAF – het Franstalige kinderbijslagfonds – is een voor ons onneembare vesting. Een soort van fata morgana. Je ziet het wel, af en toe maakt het geluid, maar telkens als je denkt dichter te komen, lijkt er niets te zijn. En dat gaat echt ver: als je belt krijg je een automatisch boodschap dat ‘je dossier in behandeling’ is. Je krijgt te horen dat je online een afspraak kan maken voor meer informatie. Wanneer je dat dan probeert, blijk je gegevens nodig te hebben die je nog niet hebt. Er word je vervolgens aangeraden te ‘bellen’ voor een afspraak. Nu goed, het plaatje is duidelijk: er is een kastje en er is een muur… wij gaan al een jaar op en af.
Maar voor mij is de Franse cultuur ook de Franse chanson. Op onze radiozender France Bleu Perigord worden we overspoeld met Franse chansons. Hier is de regel glashelder: voor elk Engelstalig nummer worden er minstens één en soms zelfs twee Franstalige nummers gespeeld. Gevolg: na enkele maanden krijg je al een mooi idee van de Franstalige muzikale scène. De zender is niet bepaald een ‘jongerenzender’ – maar goed, dat ben ik ook al lang niet meer – , eerder een familiezender, en toch ben ik al veel geraakt door de mooie Franse muziek. Een echte ontdekking voor mij was dan ook Francis Cabrel. Ik herinner me nog goed de eerste keer dat ik een nummer van deze artiest te horen kreeg. Ik was onderweg naar huis van de wekelijkse boodschap in een stad verderop en reed net ons piepkleine dorpje uit. De eerste noten van ‘A l’aube revenant’ werden gespeeld en toen Cabrel begon te zingen ben ik midden op de baan blijven staan – hier kan dat immers, er rijdt hier geen kat rond – en heb het hele nummer beluisterd. Het is een prachtige ode aan de ‘verloren gegane’ of ‘verkeerd begrepen’ liefde. Van dat moment herken ik zijn muziek onmiddellijk wanneer die wordt gespeeld. En dat gebeurt vaak. Uiteraard ben ik er na wat gegoogel achter gekomen dat Cabrel al jaar en dag bezig is, reeds van in de jaren zeventig en heb ik een prachtig repertoire ontdekt. Wat een artiest. Een echte verhalenverteller. En daar hou ik van: muziek met verhaal op een onvergetelijke melodie. Een melodie die het verhaal niet alleen draagt maar mee helpt vertellen.
Maar hij is niet alleen. De Fransen zijn duidelijk trots op hun muzikanten en de Franse chanson is niet weg te slaan van de radio. En terecht. De liefde voor de eigen taal, het Frans, is voelbaar. Misschien missen we dat een beetje in Vlaanderen waar toch vooral het Engelstalige lied primeert. In mijn ervaring is een Nederlandstalige groep zoals ‘Bazart’ eerder de uitzondering op de regel. En toch: de Fransen houden immens veel van onze Belgische trots Angèle, een muzikante die toch dagelijks minstens één keer op de radio passeert en waarbij ik telkens weer met een vleugje nostalgie terugdenk aan ons Belgenland.
Maar goed. Frankrijk? Het is dus ook een openlijke liefde voor het Franse lied. En aangezien er al menig CD van Franse artiesten in onze kast pronkt en ik menig nummer al min of meer foutloos kan meebrullen, kunnen we voorzichtig besluiten dat dat alvast een eerste stap is richting integratie in een nieuwe cultuur.